← Terug naar index

Cardiolipine antistoffen (IgG)

Aanvraaginformatie

Link

Verzending Naar

Eigen formulier

Contactgegevens

Omschrijving:Cardiolipine antistoffen (IgG)
Synoniemen:aCL, IgG antistoffen tegen cardiolipine, ACL, ACLA, anti-cardiolipine
Aanvraagcode:ACL
Uitvoerend Lab:Bijzonder onderzoek
Aanvraagformulier:DZ-KCL Routine

Telefoonnummer

0570-535032

Mailadres

J.deKok@dz.nl

Benodigde Informatie:
CITO Aanvraagbaar:Nee
Contactpersoon:J. de Kok
Opmerkingen:

Voor screening op antifosfolipide antistoffen dient de aanvraag voor anticardiolipine antistoffen altijd te worden aangevraagd samen met Lupus anticoagulans en anti-b2-glycoproteine antistoffen (verzemelcode TFP1).

Materiaal afname/opslag

Code

S

Kleur Dop

geel

Afbeelding

Toon afbeelding

Code

HG

Kleur Dop

Licht groen

Afbeelding

Toon afbeelding
Materiaal:Serum
Alternatief Materiaal:Heparine barricor
Afname Volume:4 ml
Minimaal nodig:1 ml
Afnameconditie:
Bewaarcondities:4C
Bewaarperiode:1 week
Verzendformulier:
Verzendcondities:Gekoeld

Interpretatie

Indicatie:anti-Fosfolipiden syndroom, herhaalde miskramen, SLE, Veneuze tromboembolie, trombose, Abortus
Eenheid:GPL-U/ml
Referentiewaarden:

<23,8 GPL-U/ml (99e percentiel)

Interpretatie:

Anticardiolipine antistoffen vormen een onderdeel van het onderzoek naar trombofilie bij verdenking op het antifosfolipiden syndroom. Volgens de consensuscriteria voor diagnose APS (Revised Sapporo criteria) kan de diagnose APS worden gesteld bij een combinatie van:
1 klinische bevinding: veneuze tromboembolie (VTE) en/of recidiverende abortus PLUS
1 positieve test voor antifosfolipide antistoffen (aPL).

Voor het testen van antifosfolipide antistoffen moeten ten minste 2 verschillende aPL testen worden ingezet, waaronder Lupus anticoagulans (LAC) EN anti-cardiolipine (aCL) OF anti-β2-glycoproteine I (aB2GPI). Voor de diagnose is een persisterende positiviteit (>99e percentiel) van ten minste 1 van de bovenstaande testen in 2 onafhankelijke metingen met ≥12 weken interval noodzakelijk.

Uit een grote studie is echter gebleken dat de aanwezigheid van aCL géén onafhankelijke risicofactor vormt voor trombose1. Voornamelijk IgG anti-B2GPI antistoffen waren in deze studie geassocieerd met het optreden van VTE of obstetrische complicaties. Recente data ondersteunen het concept dat de analyse van het antifosfolipide profiel, in plaats van een enkele test, van nut is bij het vaststellen van het tromboserisiko in positief geteste patienten. Daarbij zijn aB2GP IgG antistoffen en LAC assays de belangrijkste testen.

Testeigenschappen:
Doorbelgrenzen:
Bronvermelding:
  1. Galli M et al. Anti-B2-glycoprotein I, antiprothrombin antibodies and the risk of thrombosis in the antiphospholipid syndrome. Blood 2003;102:2717-23
  2. Galli M et al. Clinical significance of different antiphospholipid antibodies in the WAPS (warfarin in the antiphospholipid syndrome) study. Blood 2007;110:1178-82.
  3. Limper M et al. Diagnosing and treating antiphospholipid syndrome: a consensus paper. Neth. J. Med. 2019;77: 98-108
  4. Garcia D and Erkan D. Diagnosis and management of the antiphospholipid syndrome. NEJM 2018;378:2010-21

Testeigenschappen

Methode:ELISA
Analyse Frequentie:2 x per week, maandag en donderdag
Doorlooptijd:1 week
CTG-Klasse:
Tarief:
LIS Code:ACL